Een leerling is regelmatig op school maar mist systematisch de lessen wetenschappen. Een kind vertrekt elke vrijdag die aan een vakantie voorafgaat om zijn familie te bezoeken. Een 20-jarige zonder diploma, niet in opleiding of aan het werk, noch ingeschreven in een onderwijsinstelling. Een adolescente van 14 daagt al ettelijke weken niet meer op in haar school. Elk van deze voorbeelden is een vorm van schoolverzuim, schoolmoeheid of vroegtijdig schoolverlaten.
Het is van belang zich te baseren op gemeenschappelijke definities met het oog op evaluatie van de te nemen maatregelen om schooluitval doeltreffend te bestrijden. Dit zijn de typologieën waarop de strategie die de Dienst Scholen ontwikkelde, gebaseerd is.